Sprachen Besser Sprechen
Verben
Alle Kategorien
Zeigt 151 - 175 Zurück | Weiter
취하다 (schätzen)
인식하다 (erkennen)
지원하다 (bewerben)
여행하다 (reisen)
닫다 (schliessen)
밀다 (drücken)
부수다 (zerbrechen)
떨어지다 (versagen)
원인이되다 (verursachen)
떨어뜨리다 (fallen lassen)
굽다 (backen)
증가하다 (erhöhen)
동의하지 않다 (nicht einverstanden sein)
변명하다 (entschuldigen)
발생하다 (auftauchen)
돈을 걸다 (wetten)
들어있다 (enthalten)
던지다 (werfen)
퍼트리다 (verteilen)
시험하다 (testen)
붓다 (giessen)
누르다 (drücken)
거래하다 (umgehen)
설명하다 (erklären)
걷다 (treten)
